Je kent het wel. Je bent net bezig met de ochtendrondje, checkt even bij mevrouw Schot of ze lekker heeft geslapen, helpt meneer Blauw met zijn ontbijt, en ondertussen vang je nog even de dochter op van kamer 12 die in tranen is omdat papa zo achteruit gaat. Dit is ons werk. Dit zijn onze dagen.
En weet je wat zo bijzonder is? Voor die patiënten, voor die familie – wij zijn de zorg. Niet de arts die vijf minuten langskomt tijdens de visite. Niet het management dat achter een bureau zit. Nee, wíj.
(on-)zichtbaar
Laatst had ik een gesprek met een patiënt die net ontslagen werd. Hij vertelde me dat hij de naam van zijn behandelend arts niet eens meer wist, maar dat hij mijn collega Fatima nog jarenlang zou herinneren. Zij was er immers elke dag. Zij was degene die hem leerde weer te lopen na zijn heupoperatie. Die zijn angsten wegnam toen hij ’s nachts niet kon slapen.
En dat geldt ook voor Sandra, de voedingsassistent die precies weet wie wit of bruin brood wilt. Of voor Jan van de schoonmaakdienst, die altijd even vraagt hoe het met iemand gaat terwijl hij de kamer doet. Of voor Ahmed, onze zorgassistent, die met eindeloos geduld meneer Yusuf helpt met haar ochtendverzorging.
De mensen op de vloer zijn de constante factor in een wereld die voor patiënten vaak chaotisch en beangstigend voelt.
Meer dan alleen taken
Natuurlijk zijn we bezig met medicatie uitdelen, wonden verzorgen, waarden meten en verslagen bijwerken. Maar tussen die regels door? Daar gebeurt de échte zorg. In die momenten dat we even gaan zitten bij een patiënt. Wanneer we een hand vasthouden. Als we voor de tiende keer uitleggen wat er tijdens de operatie gaat gebeuren, omdat iemand het de eerste negen keer niet kon bevatten door de stress.
We zijn therapeut, aanjager, vertrouwenspersoon, vraagbaak en wandelend Google voor bezorgde familieleden – allemaal in één. We zien mensen op hun kwetsbaarst, en mogen ze door die moeilijke momenten heen helpen.
Het team dat het verschil maakt
We zijn een team. En samen vormen we het kloppende hart van de zorg. Dus lieve collega’s – verpleegkundigen, zorgassistenten, voedingsassistenten, schoonmakers, iedereen die dagelijks het verschil maakt – laten we trots zijn op ons vak. We zijn niet “maar” zorgmedewerkers. We zijn dé mensen die patiënten door de moeilijkste periode van hun leven heen helpen.
We zijn het gezicht dat ze zien als ze wakker worden. De stem die ze horen als ze bang zijn. De handen die ze vasthouden als ze pijn hebben. Wij zijn het gezicht van de zorg. En dat is verdomd bijzonder.